Bij het werken met het ‘innerlijk kind’ gaan we ervan uit dat het ‘innerlijke kind’ op een bepaalde manier nog in het leven van een volwassene aanwezig is.
Het ‘innerlijk kind’ zien we als een metafoor voor allerlei niet adequate gevoelens, terugkerende gedachten en gedragingen waar je als volwassene in het dagelijks leven in terecht kunt komen. Deze gevoelens, gedachten en gedragingen, verwijzen vaak naar eerdere ervaringen. Vaak zijn dit ervaringen die je als kind niet kon voelen, verwerken of integreren omdat ze te pijnlijk waren.
Wanneer in het heden een gebeurtenis lijkt op een niet verwerkte gebeurtenis uit je kindertijd, dan wordt een verdedigingsmechanisme geactiveerd, zonder dat je je dit bewust bent. Dit verdedigingsmechanisme zorgt ervoor dat je niet de pijn van toen hoeft te voelen, maar je gevoel en gedrag is niet passend bij de huidige gebeurtenis. Je wordt bij voorbeeld enorm boos als iemand niet gelooft wat je zegt..of je gaat je heel erg uitsloven om te zorgen dat niemand kritiek op je kan hebben.
Ieder van ons heeft innerlijke kindsdelen die niet volledig volwassen hebben kunnen worden.
We werken met het ‘innerlijk kind’ als de vraag of klacht waarmee je komt waarschijnlijk te maken heeft met ervaringen vroeger in het leven en de gezinssituatie waarin je bent opgegroeid. Dit is onder andere vaak het geval bij een negatief zelfbeeld, als je de neiging hebt jezelf steeds onderuit te halen of als de problemen al sinds de jeugd bestaan. Ook bij problemen met het hanteren van heftige emoties, bij relatieproblemen, eetstoornissen en ander verslavingsgedrag is werken met het ‘innerlijk kind’ vaak heel werkzaam.
Als je het ‘innerlijk kind’ leert kennen, wanneer oude situaties en pijn verwerkt worden, dan krijg je waarschijnlijk meer sturing over je leven en maak je gezondere keuzes.
wat je bewondert in een ander, heb je waarschijnlijk bedekt bij jezelf